Atypische buren
Gepubliceerd in De Standaard - 18 juni 2025
Vorige week werd ik samen met meer dan honderd buren verwacht bij een feest van de koning en de koningin: de ‘Dag van de Buren’ in de Orangerie. Ik schrok mij een hoedje toen de stoel naast mij leeg was en de lakei me vertelde dat er iemand bijzonder naast mij kwam zitten. Ik voelde dat het Mathilde zou zijn.
En het was zo.
Als je koningin Mathilde aanspreekt, zeg je best Majesteit. Maar de Majesteit zei dat ik vooral mezelf mocht zijn. We hebben samen cider gedronken en couscous, sushi en rijstpap met bruine suiker gegeten. Ze vroeg of ik uit een familie van schrijvers kwam. We hebben gesproken over boeken, reigers en videotheken. De koningin fluisterde dat ze vroeger met haar koningskinderen films ging huren in de videotheek tegenover de supermarkt. En daar snoep kocht. Ze vindt het jammer dat videotheken nu niet meer bestaan. Ik ook. Ik vroeg haar of ze ooit naar de bowling was geweest, maar ze schudde haar hoofd.
Ik wil met Filip kitesurfen en quatre-mains spelen en kerstspeeches schrijven en excuses aanbieden en serres openen en mango-ijs eten en hem en Mathilde meenemen naar Bowling Delva en naar het Syrische restaurant van Khaled en samen muntthee drinken.
We zaten samen aan een tafel van zeventig meter, rechts van haar zat een Italiaanse buurvrouw die haar hele leven in de Kinepolis op de Heizel had gewerkt. Ze vertelde dat ze elke dag vanop het dak van de bioscoop naar de bovenste bol van het Atomium keek om te zien of de vlag wapperde. Dan wist ze dat de koning thuis was. Maar de koningin zei dat die vlag op het Atomium eigenlijk niets met hen te maken had.
Mathilde woont hier al zo lang. Ze was 26 toen ze trouwde met Filip. Ze heeft al zoveel gesprekken gevoerd met ministers, directeurs, hulpverleners, topsporters, pianisten, kardinalen, professoren, kunstenaars, ambassadeurs, staatshoofden en buren. Haar haren zijn al zo vaak geknipt en geföhnd. Haar nagels moeten altijd netjes zijn, gelakt. Doet ze haar haar soms in een staart? Doet ze haar beha uit als ze thuiskomt? En dan een joggingbroek aan? Ligt ze dan op bed? En eet ze soms sushi op bed?
Ze is mijn buurvrouw en ik wou dat ze bij mij eieren kwam lenen. Ik wou dat ze mijn Hellofresh-doos kon aannemen. Of dat we naar elkaar zwaaiden in het park. Of op elkaars katten konden letten als we op vakantie gingen. Ik zou zo graag een nacht in het kasteel slapen. Ik zou zo graag met Elisabeth door de tuin wandelen.
Ik wil met Filip kitesurfen en quatre-mains spelen en kerstspeeches schrijven en excuses aanbieden en serres openen en mango-ijs eten en hem en Mathilde meenemen naar Bowling Delva en naar het Syrische restaurant van Khaled en samen muntthee drinken.
Filip zei dat hij een atypische buurman is en dat hij het jammer vindt dat hij nooit zomaar ergens kan binnenwandelen. En ik geloof hem. Al de hele week denk ik na over maskers, pruiken en valse neuzen die ik het koningspaar zou kunnen laten aandoen, om ze onze buurt écht te tonen.
Ik ben blij dat ik een vrij leven heb en geen dotatie en geen domein en dat ik gedichten kan schrijven met alle letters en alle woorden die ik wil. Ik kan alles zeggen wat ik wil. En ik kan alle troep en alle schoonheid van mijn stad zien en ik kan zeuren dat mijn rug pijn doet en afspraken afzeggen en chips en raketijsjes kopen in een nachtwinkel en sojasaus op mijn bed morsen. Ik hoef geen sandwiches met mes en vork te eten. Ik ben zo vrij, vrij, vrij. Ik ben de buurvrouw van de koningin.